Rugpijn

Er wordt een onderscheidt gemaakt tussen specifieke en aspecifieke lage rugpijn.

Specifieke lage rugpijn:

Specifieke lage rugpijn is pijn o.b.v. een ernstige oorzaak (b.v. een infectie of een fractuur) en hiervoor is medisch onderzoek en behandeling nodig. Daarom zijn wij altijd waakzaam voor aanwijzingen die duiden op de aanwezigheid van een ernstige aandoening zodat wij u tijdig kunnen doorverwijzen. Gelukkig komen ernstige aandoeningen van de lage rug uiterst zelden voor.

Aspecifieke lage rugpijn:

95% van de mensen met lage rugpijn hebben geen ernstige aandoening of beschadiging in hun rug. Het blijkt niet mogelijk te zijn om met zekerheid te zeggen waar de pijn dan precies vandaan komt. De oorzaak is niet zichtbaar te maken met beeldvormend onderzoek (zoals b.v. röntgen foto’s, MRI of CT scan). Daarom wordt deze rugpijn aspecifieke lage rugpijn genoemd. Meer dan 80% van de mensen ervaren wel eens een episode met lage rugpijn. Recent onderzoek toont dat rugpijn vaak vanzelf weer overgaat, maar ook de neiging heeft om terug te komen. De meeste mensen maken in hun leven dus meerdere episodes met rugpijn door. Een klein percentage ontwikkelt chronische rugpijn die min of meer continu aanwezig is (1, 2).

Het onderzoek:

Er zijn diverse factoren bekend die invloed hebben op het ontstaan, terugkomen en chronisch worden van aspecifieke lage rugpijn. Wij hebben kennis van deze factoren en kunnen u hierover informeren. We kijken dus niet alleen naar spieren, gewrichten, zenuwen of de wijze waarop u beweegt (wat u wellicht zou verwachten van een fysiotherapeut), maar beoordelen ook de aanwezigheid van factoren waarvan bekend is dat ze een negatieve invloed hebben op uw herstel.

De behandeling:

Het zal u misschien verbazen, maar het blijkt dat we aspecifieke lage rugpijn heel goed kunnen behandelen zonder exact te weten welke structuur (zoals spier, gewricht…etc.) in de rug aangedaan is (zie voorbeeld). Sterker nog behandelingen die zich alleen richten op het beïnvloeden van weefsels in de rug blijken niet effectief te zijn. Wetenschappelijk onderzoek heeft ons het volgende geleerd:

1. Niet iedereen heeft behandeling nodig.
2. Niet iedereen heeft om dezelfde redenen rugpijn. De behandeling moet dus op het individu afgestemd worden.
3. Behandelingen waarbij de patiënt een actieve rol inneemt, werken beter dan passieve behandelingen.
4. Passieve behandelingen (zoals b.v. massage, manipulatie etc.) alleen werken niet*.
5. Aandacht voor herstel belemmerende factoren is essentieel.
6. Patiënten die de nieuwste inzichten over pijn begrijpen herstellen beter.

* Passieve behandelingen kunnen een onderdeel vormen van een behandelstrategie waarbij we meerdere factoren beïnvloeden. Zij kunnen bijdragen aan het behalen van korte termijneffecten.

Na een operatie:

Naast het behandelen van aspecifieke lage rugklachten behandelen we ook patiënten die een operatie aan de lage rug hebben gehad. Wij hebben kennis van de hersteltijden van het menselijk lichaam en zijn op de hoogte van de behandelprotocollen van het desbetreffende ziekenhuis. Met deze kennis kunnen we een behandeling aanbieden die op uw situatie is afgestemd.

Links:

Wilt u zich nog meer informatie over rugpijn? De informatie in deze (Engelstalige) folders is gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en kunnen u helpen bij uw herstel.

• Folder: Mythes over lage rugpijn (uitgebreide versie). Mythes over lage rugpijn (korte versie). Zie ook hier.
• // – Deze link werkt helaas niet meer – Folder: Behandel zelf je rugpijn.
• Cochrane website: hier kunt u de effectiviteit van behandelingen voor lage rugpijn terugvinden.
• Website met goed artikel.